Taal

Voor het zoeken naar inspiratie en thema’s voor jouw theater- of dansles kun je beginnen bij het schoolvak taal. De mogelijkheden voor het ondersteunen van taalvakken met theater en dans zijn legio. De stap naar beweging is namelijk relatief eenvoudig. Wil je daar meer over weten, lees dan hier het essay van Dorien Folkers.

Een opdracht
‘Spring’ is zowel een woord als een beweging. En het uitbeelden van een schaap of een chihuahua is ook vrij makkelijk te begrijpen, hoewel misschien iets minder makkelijk uit te voeren. In de voorbeeldlessen vind je meerdere voorbeelden. Bekijk bijvoorbeeld eens de voorbeeldles Grondstoffen en eindproducten.

Soms zeggen leerkrachten dat ‘spelen’ met ieder woord bij het vergroten van de woordenschat zoveel tijd kost. Maar het gaat bij het integreren van beweging in de taalles niet alleen om het ter plekke leren, het gaat ook om een manier van denken. Een kind dat leert dat het een woord mag ‘springen’ of ‘dansen’, zal zich bij een nieuw woord sneller afvragen of daar ook op te bewegen valt. Bovendien geeft het combineren van taal en beweging zelfvertrouwen. Het vraagt iets van het associatieve vermogen van kinderen en dat is vaak veel sterker dan dat van volwassenen. Het kind als kunstenaar.

Voorbeeld
Een voorbeeld van Dorien Folkers, Hoofd Vakdocenten bij Maas: “We vragen de kinderen vaak een gezegde letterlijk uit te voeren. Laat die aap uit die mouw maar zien. Daarna vragen we ze zelf een spreuk te bedenken met behulp van de gekozen elementen. In dit geval zijn de elementen een dier en een kledingstuk. De spreuk die ze verzinnen kunnen ze letterlijk en figuurlijk spelen. Zo krijgen ze begrip van het gekozen gezegde, maar ook begrip over wat de opbouw van een gezegde is.”