Hoe maak je theater?

Onder Maken vind je een selectie uit de vele werkvormen van Maas theater en dans. Werkvormen en oefeningen die helpen bij het uitwerken van de thema’s die je bij Zoeken hebt gevonden, onderverdeeld in:
Beweging (lichtgeel);
Taal (lichtblauw);
Beweging en taal (oranje);
Spelletjes (roze).

Alle werkvormen gaan uit van associëren. Associëren is niets anders dan het ontginnen van je thema’s. Dat doe je met de gehele klas of in groepjes, het staat er steeds bij. Ook wordt de ‘bruikbaarheid’ van een werkvorm aangegeven en voor welke groepen de werkvormen geschikt zijn.

Zoek je een voorbeeldles? Klik dan hier. In de voorbeeldlessen lees je altijd een opbouw terug. Meestal begint de les met een ‘amuse’, een verrassende entree van je les. Die zorgt ervoor dat iedereen zin krijgt om te beginnen. Je vervolgt met een klassikale verkenning van je thema of onderwerp. Je leert de leerlingen eventuele theater- of dansvaardigheden die je later wilt gebruiken. Zorg ervoor dat al je opdrachten te maken hebben met waar je mee wilt eindigen. Dan volgen de groepsopdrachten. In duo’s, trio’s of nog grotere groepen bereiden de leerlingen kort de scenes voor. Dan volgt het eerste toonmoment, de presentatie. Dat vinden we belangrijk, waarom lees je bij Presenteren. Je sluit de presentatie en de les af met een kort gesprek of een actieve opdracht ter afsluiting. Zie bij Denken: Met de klas

Wil je werkvormen in een presentatie verwerken? Zie bij Denken: Samenstellen en Presenteren.

Meer lezen over associëren? Klik dan hier.

Meer weten over andere Maaswerkvormen? Neem dan contact met ons op.