Met hart en ziel

Door Dorien Folkers

Het is oktober 2012. Maas krijgt van de gemeente de opdracht samen met Villa Zebra en het KCR na te denken hoe we theater en beeldende kunst in het Rotterdamse onderwijs kunnen verankeren. Maas staat op het punt van fuseren, Villa Zebra krijgt een nieuwe directeur en het KCR bestaat alleen nog op papier. Kortom, allemaal beginnende organisaties die nog moeten uitvinden hoe ze handen en voeten geven aan de invulling van cultuuronderwijs.

Wiel 
Het programma van eisen van het Fonds voor cultuurparticipatie, waar we een aanvraag indienen, is veel groter dan we in eerste instantie denken. Het vraagt een visie op wat cultuuronderwijs is en wat verankering inhoudt, een gezamenlijke aanpak naar de scholen en een organisatiestructuur. We staan nog in de kinderschoenen. Het enige dat we weten is dat we inspirerende lessen theater en beeldend kunnen maken voor kinderen, dat we willen aansluiten bij de bestaande vakken en dat we het een voorwaarde vinden dat de leerkracht actief betrokken is bij de kunstles. We willen het wiel niet aan tafel uitvinden maar in de klas met de leerlingen en de leerkrachten. Met deze aandachtspunten starten we. Er is vertrouwen dat als we enthousiast blijven en onderweg goed nadenken, er vanzelf algemene uitgangspunten en een visie zullen ontstaan.

En zo geschiedde.

Oma met oranje haar
Tijdens de eerste pilotlessen theater die we geven op de Babylonschool in het voorjaar van 2012 worden we verrast over hoe we met de theaterlessen het leren kunnen verrijken. Om aan te sluiten bij vragen vanuit het onderwijs spreek ik vooraf met de leerkracht van groep 6. Ze vertelt me een anekdote die me altijd is bijgebleven: De leerlingen van haar groep zijn niet goed in begrijpend lezen. Bijvoorbeeld, als ze een verhaal lezen over een oma met oranje haar en er wordt hen na afloop gevraagd: wat is de haarkleur van oma?, dan antwoordt het gros ‘grijs’. Of ik hier iets mee kan. Dat kan ik zeker, want het is niet zo dat deze leerlingen niet kunnen lezen, maar ze missen de verbeeldingskracht om te bedenken dat een oma weleens oranje haar zou kunnen hebben. Ze zien namelijk alleen maar oma’s met grijs haar. Met dit gegeven ga ik aan de slag. Wat kan er allemaal in het theater?

Hamburger
Wat kan je allemaal fantaseren en moet alles zijn zoals het in de werkelijkheid gaat? Als ik met een brillenhoesje aan mijn oor geloofwaardig ga telefoneren, gelooft iedereen in het theater dat ik aan het bellen ben. Hoe kan dat? We oefenen op de Babylonschool veel van dit soort situaties. We spelen met het woord ‘burger’. De een koopt een hamburger bij de Mc Donald’s, de ander speelt voor een loket en vraagt tot drie keer toe om een paspoort. Ze vertellen elkaar wat het betekent. En ik geniet. Is dit theater? Ja, dit is theater ten voeten uit. Ik geef een structuur en leer ze theatertechnieken en zij geven de inhoud en gaan voorzichtig fantaseren. Door de diversiteit in de groep zijn er altijd mooie voorbeelden. Ze leren via elkaar over zichzelf en de wereld. Na deze pilot weet ik het zeker: aansluiten bij bestaande vakken, of een specifieke vraag van de school, is geen knieval maar juist een verrijking van mijn vak.

Lievelingslessen
Na toekenning van de subsidie voeren we vele gesprekken met directies van scholen. Ook volgen veel gesprekken met elkaar over hoe we alles moeten organiseren. Het KCR maakt scans van de culturele situatie in de scholen en wij maken, geïnspireerd op de scan en de vraag van de school, theater en beeldende programma’s. In sommige scholen mogen we zelfs met een vakdocent beeldend en theater aan de slag om de synergie van beide disciplines te onderzoeken. We organiseren bijeenkomsten voor alle vakdocenten theater en beeldend, waarin we spreken over voortgang en weerstand en elkaar inspireren met onze lievelingslessen. Er ontstaat een organisatiestructuur, onze intuïtieve visie krijgt woorden en we maken een website Steljevoor010.nl. Maar bovenal maken we lessen die veelal gewaardeerd worden door de kinderen en de groepsleerkrachten. Deze laatsten zien een andere manier van werken, die uitgaat van ontdekken en avontuurlijk kijken. Zij zien nieuwe kwaliteiten van hun leerlingen en zien vooral veel plezier. Op het schoolplein word ik eens begroet door een meisje: “Ha, daar is de juf die de taalles leuk maakt”.

Kunstenaarsmentaliteit
Nu is het oktober 2017, vijf jaar later. Op 1 november lanceren we ‘Doe het lekker zelf’, een uitbreiding van de website gebaseerd op onze visie op cultuureducatie. Met een werkmethode over hoe scholen en culturele instellingen kunnen samenwerken en alle opdrachten die in vier jaar ontwikkeld zijn door de vakdocenten theater en beeldend. We hopen hiermee leerkrachten te inspireren het zelf eens te proberen. Niet met het idee dat ze docenten theater of beeldend moeten worden. Dat zou immers geen recht doen aan onze vakdocenten. Maar vanuit het idee dat er meerdere manieren zijn om kinderen iets te leren. Manieren waarin ze plezier hebben, die hun verbeelding wakker maakt en waarin ze mogen onderzoeken zonder meteen te worden afgerekend op het resultaat. Werken met de mentaliteit van een kunstenaar. Niet alleen het hoofd dat leert maar ook de armen, de benen, de handen en het hart. Het is een website in beweging. Regelmatig komen er nieuwe voorbeelden en werkvormen bij. We gaan deze toevoegen en steeds op zoek naar hoe theater en beeldend elkaar kunnen versterken.

Trots
Ik ben trots op wat we hebben bereikt en daarvoor een grote DANK aan iedereen die heeft meegewerkt: Ester, Bram, Wendy, Anne Marie, Olga, Bernadette, Moniek, Danielle, Ineke, Petter, Jolanda, Remco, Sara, Marjolein, Jowi, Jim en Rineke. Dank aan alle directies en leerkrachten die vol vertrouwen met ons in zee zijn gegaan en alle vakdocenten die de klassen steeds weer enthousiast meekrijgen in de verrassende wereld van de kunst.

Dorien Folkers is een van de oprichters en projectleiders (2012-2016) van Stel je voor en mede-ontwikkelaar van de online werkmethode Doe het lekker zelf.